Getuigenis
Tijdens mijn studie aan het Bible Training Institute in Glasgow (1969-70) kwamen we op zaterdagavond samen in het huis van een externe student. Het was op die avonden of de liefde van Jezus door ons stroomde als we baden en zongen en luisterden naar woorden uit de Bijbel en naar wat anderen daaruit hadden begrepen of naar wat ze met God hadden meegemaakt. Onder ons waren katholieke meisjes en twee jongens uit de anti-roomse kerk van Ian Paisley in Belfast. Maar wat een eenheid, wat een verbondenheid in het kennen van Hem die alles te boven gaat. We hadden iedere keer weer moeite om op te breken en op tijd terug te zijn in het instituut.
Ik herinner me nog levendig hoe ik op een zaterdagochtend op weg was naar ons Bijbel-en-boeken kraampje op een markt elders in Glasgow. Het was enorm druk in de brede Argyle street en de mensen krioelden door elkaar heen. Toen kwamen de woorden uit de bijbel tot me waar over Jezus staat:
Toen Hij de scharen zag, werd Hij met ontferming over hen bewogen, daar zij voortgejaagd en afgemat waren, als schapen die geen herder hebben.
En een gevoel van geweldige dankbaarheid overspoelde me dat ik Hem had leren kennen, dat Hij mijn herder was geworden en ik wist het toen zeker, als je Jezus zo hebt leren kennen raak je dat nooit meer kwijt.
18 jaar later was ik het kwijt.
Wat is ons brein toch in staat om ons te geven waar we naar verlangen, die liefde, die warmte, die zekerheid die we te vaak missen. Evangelisch geloven lijkt daar (tot op zekere hoogte) in te voorzien, vooral als je het samen kunt beleven met broeders en zusters om je heen.
We hadden van 1976 tot 1988 met de Wycliffe Bijbelvertalers als bijbelvertalers en taalkundigen in Papoea Nieuw Guinea gewerkt. 23 jaar later, in 2011 ben ik nog eens 7 weken terug geweest en heb een vijftal weken in Kilifas waar we al die jaren gewoond en gewerkt hadden doorgebracht. Vroeger moest je vanuit het havenstadje Vanimo 2 – 3 dagen door de jungle lopen om in Kilifas te komen. Nu een Chinees-Maleis bedrijf bezig is het hardhout uit de jungle te slopen en daarvoor modderwegen heeft moeten aanleggen, kon ik nu per 4-wheel-drive in 5 uur de reis volbrengen.
De brief waarin ik m’n bezoek had aangekondigd was nooit aangekomen. Midden in de nacht en volledig onverwacht arriveerde ik in het dorpje. Zaklantaarntjes flitsten aan in de hutjes en de mensen kwam naar buiten en konden hun ogen niet geloven. Tranen van blijdschap en ontroering en een ontvangst als de teruggekeerde apostel Paulus.
Maar wat nu? Er werd van me verwacht dat ik zou gaan (s)preken…. Ik kon hen de teleurstelling niet aandoen om te zeggen dat ik niet langer geloofde en nam een beslissing waarvan ik daarna heel veel spijt heb gekregen omdat ik hen daarmee niet als gelijkwaardig behandeld heb. Ik besloot om de rol maar te gaan spelen…. Dat is een aantal keren gebeurd en het opmerkelijke was dat als ik daar stond zomaar een knop om kon draaien en diezelfde passie weer voelde die ik van zo lang geleden nog kende, het besef van een God door wie we geliefd zijn. Terug op m’n slaapplek kwam dan de werkelijkheid weer terug en heb ik gehuild, gehuild en nog eens gehuild.
Het overtuigde me wel opnieuw dat ons brein in deze geloofsemoties kan voorzien en dat de bijbehorende software nog steeds ergens in mijn bewustzijn aanwezig is. In een interview van Jacobina Geel met Koert van der Velde in Schepper & Co (20-10-2014) vertelde hij dat hij als oplossing voor het post-christelijke tijdperk zag een opstelling waarbij de geloofsemoties konden blijven zonder te hoeven geloven. Bij zijn voorbeelden, gaat het allemaal om emoties die gekoppeld zijn aan bestaande religieuze verhalen en rituelen, zoals een Latijnse mis in een oude Katholieke Kathedraal, het luisteren naar de Matthäus Passion of je bevinden in een historische religieuze context. Ik kan me dat niet goed voorstellen. Het zou me een verontschuldigen geven voor mijn gedrag in Kilifas, wel de religieuze emotie zonder het religieuze geloof. Maar als die emoties diep gaan dan worden ze onvermijdelijk afgestraft met diepe teleurstellingen. Het zou dan alleen moeten gaan om wat meer algemene emoties, emoties die je kunt voelen bij het luisteren naar mooie muziek en inderdaad de Matthäus of het je bevinden in een eeuwenoude kathedraal of het zien van een prachtig landschap. Maar die emoties zijn er altijd al geweest en vervangen de diepe religieuze emoties, die een betrouwbare en permanente basis nodig hebben, nog niet.
Bijna overal elders in de wereld kunnen mensen wegvluchten en kracht ontvangen in hun duidelijk afgetekende religies, bij ons in het Westen is dat verleden tijd. Onze toewijding aan de ratio, de rede, heeft ons dat praktisch onmogelijk gemaakt. We hebben geen andere keuze, zo lijkt het wel, of is er toch een weg?
Opmerkingen zijn welkom, godsdienstveldslagen niet:)
Mooi en eerlijk opgeschreven meneer Baron. Ben benieuwd naar de volgende episodes. Overigens denk ik dat mensen niet teleur willen stellen niet hetzelfde is als ongelijkwaardig behandelen. Maar ja, wie ben ik? Groet, Paul P.
Indrukwekkende meneer Baron. Ik ben heel diep geraakt. Alleen vraag ik mij af waarom ik geen lef toon om mijn vraagtekenen over het geloof e.d. uit te spreken. Vroeger wilde ik bidden en "mountains" zien bewegen. Vroeger bad en vastte ik om de wil van God te zien gebeuren. Als ik eerlijk mag zijn zijn dat langzaam maar zeker verleden tijd geworden. Ik merk dat het proces van het uitoefenen van mijn geloof afleert. Ik bad vroeger wel veel maar op een gegeven moment merkte ik dat het niet opschiet. Ik heb toen besloten om hard te gaan werken, "after all prayer without good work is dead itself". Nu ben ik heel erg teleurgesteld want hard werken begint eindeloos te worden. Ik kan me nog goed herinneren dat we het ooit erover hebben gehad hoe het is om je geloof achter te laten. Je vertelde me toen dat een voordeel van het geloof is dat je dan een (goede) houvast hebt, als je gelooft. Dat sprake me erg aan en ik gebruik het nog steeds als een referentiekader. Maar voor de rest zie ik mijzelf steeds gedistantieerd raken van de kerk. Vroeger voelde het als een verplichting om naar de kerk te gaan maar nu heb ik andere redenen om dat juist niet te doen. Bovendien heb ik voor mijzelf een andere en heldere verklaringen over de dingen die ik eerst geloofde dat God alleen kan bepalen. Na de Tsunami in 2004 keek ik naar de televisie en ik hoorde iemand opmerken, als God dit kan laten gebeuren met mensen die in Hem geloven en tot Hem bidden, wat is het nut om in Hem te blijven geloven? Deze opmerking is bij mij blijven hangen.Nu dat ik daarover nadenk, denk ik dat alle deze beweringen van mij bevestigingen zijn van een dieper en eerdere twijfels die ik heb over het kind van God zijn. Ik vond het grappig maar tegelijkertijd waarachtig om iemand in een film te horen zegen, als christenen alleen maar een God hebben dan zijn ze arm in God (goden). Wietze, ik weet het niet maar als ik naar mijn leeftijd en de tijd dat ik denk nog te leven kijk dan word ik bang dat het alleen maar erger zou gaan worden. Ik wil wel positief en/of optimistisch blijven maar wil ook realistisch zijn. Positief en/of optimistisch blijven lijkt heel abstract en onhaalbaar. Ik durf overigens niet over deze onderwerp te praten omdat ik bang ben om anderen van het geloof af te jagen.
Ik kan mij verder goed voorstellen hoe het voor jou is om terug te keren naar Papoa N.G., de verwachtingen van de dorpelingen, de rol die je hebt gespeeld en de verdriet achteraf. Dat zeggen heel veel over jou. Ik beweer vaak dat mensen niet veranderen maar situaties wel. Wat bedoel ik hiermee? Mijn opvatting is dat situaties mensen (bewust of onbewust) dwingen om bepaalde beslissing te nemen en zich anders te gedragen. Tijdens je studie in Glasgow en je werk in Papoa N.G. waren de situatie bevorderlijk om je geloof en missie te beleven. Ik kan mij voorstel dat je toestanden meemaakte bij de terugkeer naar Nederland. Aan de hand van de situatie heb je je aangepast. In 2011 (wauw! wat gaat tijd snel. Het lijkt me alsof je vorige jaar naar Papoa N. G. bent geweest) was je weer in Papoa N.G. en je kwam weer een situatie tegen en je werd gedwongen (ik neem aan dat het onbewust was) om je rol te gaan spelen. Wietze, complimenten dat je erover goed kon reflecteren en de goede mens in jou kon laten zien. 'Maar ja, wie ben ik?' (Passchier, 2014).
Ik hoop dat je doel met deze blog verwezenlijken wordt.
Tot een volgende keer. Kris
Mooie post zeg. Leuk dit gevonden te hebben. Ik ga met interesse wat meer lezen!
De God die zich graag barmhartigheid, almacht en liefde laat aanleunen doodde meer mensen dan Hitler en PolPot samen. De zondvloed, de opdrachten aan Jozua (bv hfdt10), Sodom, Jericho en de doos van Pandorra (=het boek met 7 zegels, openb) zijn enkele voorbeelden. NB. in strijd met "gij zult niet doden"
Waar komen die "sterke gevoelens van nostalgie" vandaan. Ik voel alleen walging
Richard H van Rheden
Sorry voor de late reactie. Ben overgestapt naar WordPress waar de inkomende berichten minder gemakkelijk aan je voorbijgaan. Ja, die gevoelens van nostalgie zijn alleen maar te begrijpen als je die “relatie met Jezus” zelf zo ervaren hebt met alles wat erbij hoort. Het brein kan best een hele mooie wereld scheppen, die helaas als het erop aankomt uit lucht blijkt te bestaan. Alles wat je erbij krijgt, de wrede god van het OT, de afschuwelijk reputatie van de kerk door de eeuwen heen enz. enz. hou je dan zoveel mogelijk buiten je gezichtsveld….